
De ergste zonde van onderwijs is wanneer het niet boeit
J.F. Herbart
Het onderwijs doet met name een beroep op rationele kwaliteiten. Het erkent onvoldoende de intuïtieve, emotionele, non-verbale vormgevende (beeldend, beweging, handeling, mimiek, muzikaal) kwaliteiten. Soms speelt iemand ervaringen, inzichten gemakkelijker uit, danst of tekent ze in plaats van vertellen. (NT2 en verbaal zwakkeren). Spelend zijn ze er met hart en ziel bij betrokken. Ze beleven ze hetgeen ze boven de wenkbrauwen proberen te begrijpen, te onthouden en te reproduceren voor een beoordeling. Wat ze er zelf aan hebben nu, ervaren ze niet en ze krijgen uitgelegd dat het voor de toekomst nuttig is. Zou het ?
“Ik kan het niet vertellen/schrijven, maar wel laten zien”.
Het ludieke doet een oproep aan het onderwijs om het cognitieve leren uit te breiden met de mogelijkheden van ‘het slimme onbewuste’. De kunsten doet dit van oudsher. Vanuit spel/theater betrekt het ludieke onderzoekers met huid en haar, ofwel lichaam en geest erbij. Het speelse onderzoekt per definitie holistisch. Ze gaat voorbij aan het vakken gesplitst onderwijs. Zo ook werkt het ludieke uit zichzelf interdisciplinair en intercultureel. Spel is per definitie zonder grenzen. Zij wordt slechts begrensd door beperkingen en interesses van spelers, door beperkingen van regels en wetten. Veel ontdek en verover je via een ludieke weg. Door het ludieke ontstaat er een veilige oefensituatie waarin het spontane meespeelt. Je hoeft het nog niet weten niet te verantwoorden. Je vertrouwt immers je eigen bron. Spelers vinden al improviserend antwoorden op gecompliceerde zaken.
“Ik kan zelf denken, zomaar uit het niets speelde ik het, wist ik het”
Een jongen, hij werd door zijn docenten ‘zwak’ genoemd, sprong in bij een meespeeltheatervoorstelling’ voor zijn hele school. Hij gaf als enige adequaat antwoord op tegenspelers, die hem voor het blok zetten. Ik citeer hierboven zijn eigen verbaasde woorden na afloop. Een pracht slot van een workshopweek op een middelbare school te Soweto Zuid Afrika (1994). Speel binnen een spelwerkelijkheid met verschillen. Geef spelers ruimte tot experimenteren. Laat hen een veelheid aan mogelijkheden ontdekken. Ze vallen niet samen met hun eigen beperkte kijk op de werkelijkheid. En ervaren zichzelf en de ander in rol, vanuit andere standpunten en met ongekende perspectieven. Het beschermende jasje van een rol verschaft hun veiligheid tot experimenteren. Spel/Theater levert hiermee een wezenlijke bijdrage aan de algemene ontwikkeling van jongeren. Zij doet zintuiglijk, motorisch, sociaal-emotioneel, cognitief en creatief een beroep op de speler.
Vygotsky
De middelbare scholier bewees dat Vygotsky gelijk had met zijn uitspraak: in spel is een kind een kop groter dan in de werkelijkheid. Zijn schema is dan ook identiek met het flow schema van Csikszentmihaly. Vygotsky benoemt dit proces als de naaste zone van ontwikkeling.
Spel//Theater levert een wezenlijke meerwaarde aan de algemene ontwikkeling, omdat zij in de leerling de speler erkent. Haar/hem ruimte biedt voorbij of voorafgaand aan het cognitieve, het rationele. Schoolleidingen kiezen vaak vanwege agogische doelen (sociaal emotionele ontwikkeling) voor het vak. Even wezenlijk is echter het ludieke. Het toegang krijgen tot LuPes I bronnen. Het in meerdere opzichten grenzen overschrijden. Het honoreren van ieders inventiviteit en, ieders eigen oorspronkelijke kwaliteit. Spel/theater betrekt alle kernkwaliteiten van de mens in een vormingsproces.
Ubbergen, update winter 2021
De klassieke schoolvakken stellen inhoud centraal, de klassieke kunstvakken het ambacht van vormgevingsmogelijkheden. Nergens staat het kind eigene spel centraal, het kind honorerend in haar/zijn behoefte te beleven, bewegen, verzinnen, spannend in actie te komen en zo de wereld te ontdekken. Als we spel integreren, verkennen jongeren de geschiedenis via troubadours, oude theaterteksten en zelf schilderen zoals Rembrandt. Verkennen ze maatschappijleer via een rechtbankspel, interviews met gerepresenteerde ministers en ambtenaren. Leren ze talen improviserender wijs in spelsituaties. De veilige oefensituatie van de spelwerkelijkheid wint het van de overhoring en het verslag en stimuleert jongeren tot gemotiveerd onderzoek en boeiende presentaties, omdat ze van binnenuit feiten en mogelijkheden leren kennen.
Ubbergen, update herfst 2020