Maskers zijn van alle tijden en culturen om levensmomenten te symboliseren, karakters te accentueren of het onnoembare te benaderen. Maskers representeren in traditionele dansen, religieuze rituelen en theatrale presentaties de werkelijkheid. Het benadrukt dat  persoon en speler twee verschillende wezens zijn. De persoon staat ten dienste van het masker. Hij moet het maskerfiguur, diens traditie en wijsheid respecteren en naar beste kunnen representeren. Van jongeren vraag je geen kennis over maskers, noch traditiegetrouwe weergave van houdingen en bewegingen. Ze onderzoeken types op beweging en geven deze vervolgens herkenbaar vorm. Het gaat niet om het kunstzinnige, wel het beschermende karakter van het maskerspel.  Het verbergt de speler en overtreft het persoonlijke. Eigen mimiek,  blozen en hakkelen verdwijnen. Spelangst is nauwelijks te zien. Als de rol liegt, overheerst, negatief is, zorgt het masker voor afstand, zowel voor speler als toeschouwer. Maskers voeren dieren, sprookjes- en sciencefictionfiguren geloofwaardig ten tonele.

Karaktermaskers en neutrale maskers. 

Ze vragen verschillende vaardigheden. Het karaktermasker is gekleurd en sterk bepaald wat betreft karaktertrekken. Het beperkt de speler tot een bepaald type. Het ondersteunt de speler om dit type herkenbaar neer te zetten. De speler moet wel de kans krijgen haar masker te bestuderen en bijbehorende lichaamshoudingen in de spiegel te oefenen.
Het neutrale masker is wit of van leer en geeft een neutrale gezichtsuitdrukking weer. Het vraagt sterk fysieke spelkwaliteit van de speler en daagt uit alle mogelijke personages ten tonele te voeren door vormgeving in houdingen en bewegingen.

Spelen met een karaktermasker

Het masker vraagt om het versterken van houding en beweging, het gezicht blijft immers hetzelfde. Houdingen en handelingen nemen de mimiek over. Het karaktermasker is een vergroting van een type, de beweging moet zich aanpassen. Het vraagt alert spel met het gezicht frontaal, zodat het masker zichtbaar blijft. Daarnaast vertraagt het masker de bewegingen,  de speler heeft minder overzicht en daardoor minder controle over eigen bewegingen. Sommige jongeren varen wel bij deze natuurlijke vertraging in hun spel. Ze zeggen slechts het noodzakelijke. Het masker dwingt duidelijk te articuleren, er is immers geen mimische vooraankondiging of ondersteuning. Bovendien dempt het masker het stemvolume. Het volledige masker beperkt het spreken tot een kleine kring van medespelers. Voor toeschouwers valt de stem zo goed als weg. Een verteller biedt  oplossing, maar vervangt geen dialogen. Het halve masker laat de mond vrij. Het masker vraagt om bewegingsvrijheid en moed, het accentueert immers de lichaamsbewegingen.

Bedenk van tevoren

hoeveel maskers er nodig zijn voor je groep,
welke opdrachten je subgroepen als vooroefening geeft,
of opdrachten wel/niet hetzelfde zijn (meer aandacht als opdrachten verschillen),
welke aanwijzing je wilt benadrukken.

Jongeren maken zelf maskers op maat en typeren ermee wat zij willen.

Bekijk officiële maskers en stimuleer verschillende typen te maken, zodat ze echt bruikbaar zijn.
Een gipsafdruk van het eigen gezicht, dat je laat beschilderen, zit perfect. Daarnaast is er papier-maché, als het gewicht geen probleem is. Maskers van karton, schuimplastic, papieren of plastic zakken zijn sneller gemaakt en licht van gewicht. Jongeren plakken er  afvalmateriaal op en beschilderen het masker. Maskers gemaakt van dozen zijn gemakkelijk in het gebruik en eenvoudig te bewerken.

Je laat hele, halve, neutrale of karaktermaskers ontwerpen. Laat ze vervolgens onderzoeken hoe deze typen bewegen, handelen en wat zich tussen de verschillende typen afspeelt.

Jongeren experimenteren

vergroten van bewegingen;
alert spelen met het gezicht frontaal, zodat het masker zichtbaar blijft;
vertragen van bewegingen, omdat je minder overzicht en controle hebt over je bewegingen
terugbrengen van tekst tot de essentie;
duidelijk gearticuleerd spreken.
Ieder loopt solo over de catwalk en demonstreert duidelijk het karakter dat zij associeert bij het gekozen of gemaakte masker. Ze bedenkt hoe het personage loopt, wat zij doet en eindigt in een beeld.  Iemand springt in en geeft een interpretatie van masker en spel. De eerste speler speelt met de interpretatie non-verbaal mee. Samen proberen zij duidelijk te maken wie en waar ze zijn, en wat er aan de hand is.
Vervolg.
In iedere subgroep is een verteller en enkele maskerfiguren. In momenten dat de verteller vertelt, spelen de maskerfiguren non-verbaal. Als de verteller zwijgt (dit is tevoren afgesproken) spreken de maskers ook, de focus ligt echter op het fysieke samenspel.

Nabespreking:
Welke invloed heeft het uitblijven van  mimische vooraankondiging op de toeschouwer?
ondersteunende tekst op de toeschouwer?
Dempt het masker het volume erg of blijft spreken in kleine kring haalbaar?
Wat is het effect van spelvertraging voor speler en publiek?

Commedia dell’ arte 

In subgroepen van vier of vijf jongeren verzamelt ieder op internet zo veel mogelijk informatie, om een goed beeld te krijgen van commedia dell’arte en de verschillende karakters. Vervolgens bedenken ze een korte scène met Arlecchino, Pantalone en enkele andere karakters: Brighella, Colombina, Isabella, Dottore, Capitano, Pulcinella.

Speltraining

Spelers met dezelfde rol oefenen samen typische houdingen en bewegingen, die bij de rol horen en komen tot sprekende zinnen voor hun karakter.  Vervolgens keert ieder terug naar de eigen groep en oefent de bedachte scène.
Wat is de beginsituatie, wat is er aan de hand (geheim, spanning, probleem), hoe loopt het af? Hoe wordt de scène helder, wat kan er weg? Welke kleding en attributen versterken het spel? Hoe is de ruimte te gebruiken? Waar komt ieder op, waar gaat ieder af?

Spelsituatie

Ieder groepje speelt en herspeelt de scène enkele keren, het blijft improvisatie. Blijf elkaar binnen het afgesproken kader verrassen. Wat er goed ging, gebruik dat opnieuw. Het gaat vooral om duidelijke karakters en het onderlinge spel.
Nabespreking
Welke karakters  waren duidelijk? Hoe waren ze herkenbaar?
Van welke scène was beginsituatie, hoogtepunt en/of einde duidelijk?
Welke kleding en attributen waren goed gekozen en gebruikt?

(vrij naar Karien de Baat)

Ubbergen, update winter 2020